Leerlingzorg
De Graaf Florisschool is een plek waar kinderen niet alleen leren, maar zich ook kunnen ontwikkelen. De leerkracht probeert het kind positief te benaderen en de aandacht te richten op zijn sterke kanten; daardoor krijgt het kind een positief beeld van zichzelf en een grote mate van zelfvertrouwen. We leren de kinderen respect te hebben voor elkaar, en behulpzaam en eerlijk voor elkaar te zijn. Kinderen op onze school raken eraan gewend om de ruimte binnen en buiten te delen en rekening te houden met elkaar; klein-en-groot speelt vaak samen. Pesten hoort er dus niet bij! Als we pestgedrag signaleren, zal de leerkracht direct door gesprekken met kind(eren) of ouders tot een oplossing proberen te komen. We willen kinderen ook leren eigen verantwoordelijkheid te dragen: zorgdragen voor je omgeving door het doen van schoonmaakkarweitjes, het onderhoud van planten, en de schoolmelk- en beldienst in de bovenbouw.
Toetsen
Ons doel is om de voortgang in leren en ontwikkelen van elk kind te waarborgen. Dat gebeurt door de kinderen regelmatig te observeren en door het afnemen van toetsen. Kinderen, die op een bepaald gebied uitvallen of juist vooruit zijn, worden vroegtijdig ontdekt en kunnen extra begeleid worden. Voor een objectieve norm hanteren we daarbij de toetsen, die zijn ontwikkeld door het CITO (Centraal Instituut Toetsontwikkeling).
In de groep is de groepsleerkracht verantwoordelijk voor het leerproces van alle kinderen. Het is dan ook ons streven om in de groep onderwijs van goede kwaliteit te geven voor alle kinderen. Daarbij wordt bijzondere aandacht besteed aan leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Soms hebben kinderen op de basisschool gedurende enige tijd extra aandacht nodig. Dat kunnen leerlingen zijn die bij een bepaald vak leermoeilijkheden hebben, of ook sterkere leerlingen die een grotere uitdaging nodig hebben om hun interesse niet te verliezen. Op onze school is er de gelegenheid deze kinderen niet alleen in de klas maar ook daar buiten extra te begeleiden.
Om de resultaten van de leerlingen te meten worden er toetsen afgenomen die bij de verschillende methoden horen: rekenen, spelling, taal, Engels. Deze toetsen worden gemaakt, als de leerlingen de betreffende leerstof hebben doorlopen. In alle groepen is een groepsmap aanwezig, waarin de uitslagen worden genoteerd. In januari en juni wordt het G.S.O. (Groot-school-onderzoek) afgenomen met landelijk genormeerde toetsen. Dit zijn de volgende:
Groep 2: rekenen voor kleuters
Groep 2: taal voor kleuters
Groep 3 t/m 8: DMT en Avi-toetsen voor technisch lezen
Groep 3 t/m 8: woordenschattoets
Eind groep 3 t/m 8: begrijpend lezen
Groep 3 t/m 8: spelling
Groep 3 t/m 8: rekenen/wiskunde
De resultaten worden genoteerd in het leerlingvolgsysteem en met de ouders besproken. Aan de hand van de toetsing worden de leerlingen door de leerkracht met de intern begeleider besproken; er wordt dan afgesproken voor welke leerling het nodig is de leerstof opnieuw te oefenen, en welke leerlingen verdiepingsstof nodig . Twee maal per jaar wordt ook het sociaal emotioneel volgsysteem ingevuld. Bij de bespreking tussen leerkracht en intern begeleider worden ook die gegevens meegenomen.
Schoolbegeleiding
De school maakt waar nodig gebruik van de diensten van externe organisaties. Van hen ontvangen we advies voor de aanschaf van lesmateriaal of op het gebied van de schoolorganisatie.
De school is aangesloten bij het samenwerkingsverband Passenderwijs. Deze organisatie kan de school na overleg met de ouders inschakelen om advies te vragen bij de begeleiding van een leerling. Bij ernstige leesproblemen (dyslexie) van leerlingen kunnen kinderen soms doorverwezen naar de leeskliniek van Passenderwijs. Kinderen krijgen dan 2 maanden lang extra ondersteuning op leesgebied. Ook biedt Passenderwijs vaardigheids- en faalangsttrainingen aan.
Organisatie in de groep
Vanaf de kleutergroep wordt veel aandacht besteed aan vormen van ‘zelfstandig werken’; in de bovenbouw werken de leerlingen gedurende bepaalde uren aan afgesproken dag- en/of weektaken. De leerkracht heeft in die periode extra tijd voor begeleiding van leerlingen met leerproblemen of verrijking.
Bij begrijpend lezen, taal/spelling en rekenen wordt in de groepen instructie gegeven, daarna gaan de kinderen zelfstandig aan het werk. Kinderen die moeite hebben met deze vakken of er juist heel goed in zijn, kunnen dan een individuele leerweg volgen.
In de groep staat een instructietafel, daar geeft de leerkracht extra begeleiding aan leerlingen, voor wie dat nodig is. Tijdens de individuele begeleiding werken de andere leerlingen zelfstandig en mogen niet storen.
Voor wereldoriëntatie hebben we de methode Topondernemers. Aardrijkskunde, geschiedenis, natuur en techniek komen binnen één onderwerp aan de orde.
Creatieve vakken worden met de hele groep gedaan omdat hier ook de sociale aspecten aan de orde komen.
Gymnastiek wordt gegeven door speciaal opgeleide vakleerkrachten.